Toezicht op de ‘sleepwet’

sleepwet

Op 21 maart 2018 was er een referendum over de sleepwet: de nieuwe Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (Wiv 2017). Deze wet is nodig voor de nationale veiligheid omdat de Wiv 2002 niet meer volstaat.

De Wiv 2002 stelt de AIVD en de MIVD namelijk enkel in staat om de traditionele inlichtingenmethode te gebruiken. Namelijk observeren, het opvangen van telefoongesprekken uit de ether en van radioverkeer en het gericht afluisteren. Kortom, het is voor de inlichtingendiensten niet mogelijk om binnen de kaders van de wet de moderne communicatiekanalen af te tappen.

Met de komst van de sleepwet krijgt de AIVD het noodzakelijke gereedschap om ook in de moderne tijd terrorisme, spionage en cyberaanvallen vroegtijdig te ontdekken. In dit blog wordt meer aandacht besteed aan de toezichthouders, die erop toezien dat de AIVD en MIVD geen misbruik maken van hun bevoegdheden.

Toetsing op de sleepwet

In de nieuwe WIV vindt er vooraf, tijdens én achteraf een toetsing plaats. De toetsing wordt uitgevoerd door de minister van Binnenlandse Zaken en twee onafhankelijke toezichthouders, namelijk de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten (CTIVD) en de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB). Hieronder worden de toezichthouders in het kort toegelicht.

CTIVD

CTIVD is opgericht in 2017 en bestaat uit 1 voorzitter en 2 leden. De staf ondersteunt de Commissie en bestaat uit 1 secretaris, 8 onderzoekers, 1 ICT-adviseur en 2 (deeltijd) secretaresses.

De Commissie bekijkt of de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017) en de Wet veiligheidsonderzoeken (Wvo) zorgvuldig en rechtmatig worden uitgevoerd. Daarbij toetst ze het handelen van de AIVD en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD).

De taken van de Commissie zijn:

  • Onderzoek doen en verslag uitbrengen in openbare toezichtsrapporten;
  • Jaarlijks een jaarverslag publiceren;
  • Betrokken ministers adviseren over de afhandeling en klachten over de AIVD en de MIVD;
  • En betrokken ministers gevraagd en ongevraagd adviseren over haar conclusies.

Wat niet tot de taken van de Commissie behoort, is het toetsen van het handelen van de AIVD en de MIVD op doelmatigheid. Bij doelmatigheid gaat het erom dat betreffende inspanningen en uitgaven daadwerkelijk bijdragen aan de realisatie van het beoogde doel. Een voorbeeld hiervan is de vraag: “Doet de AIVD adequaat onderzoek naar dreigingen tegen de nationale veiligheid?”.

De Commissie beschikt over verregaande bevoegdheden bij de uitvoering van haar wettelijke taak. Zo heeft zij directe toegang tot alle relevante informatie en systemen van de AIVD en de MIVD. De medewerkers van deze diensten zijn verplicht de vragen van de CTIVD te beantwoorden. Ook beschikt de Commissie over de bevoegdheid om hen onder ede te horen. Daarnaast is het mogelijk om werkzaamheden op te dragen aan deskundigen als dit noodzakelijk is om het werk goed uit te voeren.

TIB

In de Wiv 2017 is opgenomen dat er ook vooraf toetsing dient plaats te vinden. Dit is een taak van de zogeheten Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB). Deze commissie bestaat uit drie leden. Twee van hen zijn rechters of oud-rechters, het derde lid is technisch expert.

Als de diensten bijzondere bevoegdheden willen inzetten, vragen ze toestemming aan de minister. De TIB controleert of die toestemming terecht is verleend en geeft daarover een bindend oordeel, ze hebben daarbij geen toegang tot de systemen van de geheime diensten. Deze commissie bestond in de oude wet- en regelgeving nog niet.

Het TIB doet uitspraken over zaken zoals:

  • Het doorzoeken van woningen, koffers en andere besloten plaatsen en voorwerpen;
  • Het doen van DNA-onderzoek;
  • Het hacken ofwel het gericht binnendringen in computers, servers en smartphones;
  • Het gericht onderscheppen van telecommunicatie;
  • Onderzoeksopdrachtgericht onderscheppen van telecommunicatie;
  • Het vragen van medewerking aan telecomaanbieders;
  • Het opvragen van opgeslagen telecommunicatie van een bepaalde persoon in een bepaalde periode;
  • Opvragen van gegevens over het communicatieverkeer van een persoon;
  • Het vragen van medewerking om telecommunicatie te ontsleutelen.

Conclusie over de sleepwet

De sleepwet zorgt voor veel discussie, dit blijkt tevens uit de uitkomsten van het referendum, waar 46,5% voor stemde en 49,5% tegen. De overige 4% heeft niet gestemd. Een van de meest kritieke punten was het toezicht op de uitoefening van de wet.

De manier waarop het toezicht is ingericht brengt een aantal kritieke punten met zich mee. In de praktijk zijn er namelijk zes personen volledig verantwoordelijk voor het toezicht van de nieuwe en ruimere wet. Daarnaast wordt het toezicht geheel buiten het rechtssysteem om uitgeoefend. Waar de opsporingsdiensten vanwege onze scheiding der machten naar de rechter moeten voor een huiszoekingsbevel, heeft een inlichtingendienst geen rechter nodig om een sleepnet in te zetten.

De TIB heeft geen toegang tot systemen van de geheime diensten. Dit betekent dat zij alleen op basis van het verhaal dat ze te horen krijgen moeten beoordelen of ze de inzet van bevoegdheden in het betreffende geval toestaan. Daarmee ontbreekt dus een breder toezicht en krijgt de TIB in de praktijk ook weinig inzicht in het gebruik van die bevoegdheden.

Ondanks de kritieke punten zijn er genoeg redenen te bedenken waarom de wet vernieuwd moet worden, een voorbeeld hiervan is de nationale veiligheid. Een groots en gezamenlijk belang dat we niet uit het oog mogen verliezen.

;