De zorg verandert razendsnel. Thema’s als hoge werkdruk, personeelstekort bij zorginstellingen – en de laatste tijd ook het afschalen van de zorg door de uitbraak van het coronavirus – brengen de kwaliteit van de zorg in gevaar. Tegelijkertijd is er aan de cliëntzijde sprake van vergrijzing en moeten mensen steeds langer zelfredzaam blijven. Welke rol kan technologie spelen bij het ontlasten van zorgpersoneel? Hoe kan zorg op afstand met technologie ongekende mogelijkheden bieden?
Zorg op afstand – ook wel domotica genoemd – is hot. Veel zorgorganisaties experimenteren hiermee, of maken hier al volop gebruik van. Ook het kabinet gelooft in dit onderdeel van de digitale transformatie binnen de zorg. In de tweede helft van 2020 stelde het ministerie van VWS maar liefst 77 miljoen euro extra beschikbaar voor ondersteuning en zorg op afstand via digitale toepassingen. Het bedrag is bedoeld voor zorg aan thuiswonende kwetsbare ouderen en mensen met een chronische ziekte of beperking.
De nieuwe regeling is specifiek gericht op aanbieders van wijkverpleging, huisartsenzorg, GGZ en aanbieders van ondersteuning in het kader van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) die nu extra willen investeren om structureel met digitale zorg op afstand aan de slag te gaan.
Waardevolle aanvulling
“Zorg is en blijft mensenwerk. Maar juist in de afgelopen tijd waarin we minder bewegingsvrijheid hadden, zag je hoe technologie een waardevolle aanvulling kan zijn voor de zorg thuis. Het kan ouderen of chronisch zieken enorm helpen om zelfstandig te blijven wonen”, zei (inmiddels demissionair) minister Hugo de Jonge bij het aankondigen van de plannen.
Nu 1,5 meter afstand voorlopig de norm blijft en digitale zorg meer onderdeel van ons ‘nieuwe normaal’ is, blijven veel zorgaanbieders en hun cliënten behoefte hebben aan de technologische mogelijkheden van zorg op afstand. Hierbij bevinden de zorgverlener en de cliënt zich niet in dezelfde ruimte en wordt er gebruikgemaakt van informatietechnologie.
Vormen van zorg op afstand
Je kunt bij zorg op afstand denken aan hulpmiddelen met sensoren en andere technologie, al dan niet gecombineerd met communicatie met hulpverleners die zich buitenshuis bevinden via videocommunicatie of beeldschermzorg. Maar ook aan indicatiestelling via een app of wearables (bijvoorbeeld een hartslagmeter) en ‘slimme’ medicijndispensers, waarbij op het juiste tijdstip de medicatie wordt aangereikt in een Baxter-zakje. De cliënt moet met een druk op een knop op het apparaat bevestigen dat hij het zakje met medicatie uit het bakje van de medicijndispenser haalt. Hiermee kan op afstand gecheckt worden of dit daadwerkelijk gebeurd is. Tot slot zijn er diverse mogelijkheden van domotica voor de intramurale zorg, zoals verpleeghuizen. Bij dit laatste ligt het accent meer op de ondersteuning van het 24-uurs toezicht, met name in de nacht.
Empathische woning
Onderzoekers van de TU Eindhoven werken aan een ‘meedenkend’ huis dat bewoners met (beginnende) dementie ondersteunt in hun dagelijkse leven. De eerste proefwoning staat in Arnhem op Industriepark Kleefse Waard. De zogeheten ‘empathische woning’ moet ervoor zorgen dat mensen met dementie langer en beter zelfstandig kunnen blijven wonen en de zorg voor mantelzorgers wordt verlicht. De woning is tot de nok toe voorzien van digitale snufjes en sensoren aan wanden en onder vloeren. Om beginnend dementerenden te ondersteunen bij hun dag- en nachtritme en hun eetritme wordt kunstmatige intelligentie gebruikt. Om iemand in beweging te krijgen, moet het huis zijn bewoner namelijk leren kennen en begrijpen.
Werkprocessen belangrijker dan technologie
De eHealth-monitor meet op verzoek van het ministerie van VWS de beschikbaarheid en het gebruik van eHealth in Nederland. De voortgang wordt niet alleen bepaald door de technische mogelijkheden, zo blijkt uit de meest recente edities. Door de jaren heen is duidelijk geworden dat niet-technische aspecten een doorslaggevende rol spelen. Het gaat daarbij om het gevoel van urgentie, het zien van de meerwaarde van eHealth en daarnaast ook de mogelijkheid en bereidwilligheid om processen te veranderen.
Waarom blijven zoveel succesvolle eHealth-toepassingen ‘op de plank’ liggen? Redenen die vaak genoemd worden zijn: gebrek aan vertrouwen, niet bekend zijn met de mogelijkheden, onvoldoende bewijs voor de meerwaarde en onduidelijkheid rondom privacy van persoonlijke gegevens. Maar ook organisatorische belemmeringen spelen een rol, zoals hoge instapkosten, wet- en regelgeving en onvoldoende draagvlak onder zorgverleners.
Hulpmiddelen en ervaringsverhalen
Het op de juiste manier inzetten van zorg op afstand vraagt om een goede voorbereiding en onderzoek. Veel zorgorganisaties worstelen met de vraag: waar begin ik? En in welke systemen investeer ik? Om je te helpen de juiste keuze te maken, zijn er diverse hulpmiddelen beschikbaar, zoals de Keuzewijzer Technologie voor thuiswonende mensen met dementie, of verschillende slimme sleuteloplossingen die in Nederland te verkrijgen zijn, waardoor zorgverleners en mantelzorgers , die daarvoor toestemming hebben gekregen, iemands woning binnenkomen wanneer dat nodig is. De Kenniscirkel Domotica biedt zorgmanagers de mogelijkheid om zich verder te oriënteren op de mogelijkheden van domotica of zorg op afstand.
Als je wilt onderzoeken hoe digitaal vaardig jouw cliënt is, kan je de quickscan digitale vaardigheden van Pharos gebruiken. Aan de hand van 6 vragen kom je er snel achter of jouw cliënt een digibeet of digiwonder is en kun je op maat voorlichting en advies geven over digitale hulpmiddelen zoals apps, video’s en digitale zorgdiensten. Benieuwd naar nog meer hulpmiddelen en ervaringsverhalen op het gebied van eHealth? Je leest ze op Zorg voor Beter.