In het jaarlijkse rapport ‘De Staat van het Onderwijs 2021’ van de Onderwijsinspectie komt de term ‘digitale transformatie’ niet voor. Niet verwonderlijk is er veel aandacht voor het effect van de coronapandemie in het rapport, en de sprong die ook veel onderwijsinstellingen in Nederland hebben gemaakt in het gebruik van digitale middelen.
Veel onderwijsinstellingen hebben een digitale sprong gemaakt door het afstandsonderwijs, dat door de langdurige sluiting van scholen vanwege de Covid-19-pandemie halsoverkop noodzakelijk werd. Het ging daarbij volgens de Onderwijsinspectie vooral om online tools voor leerlingen om zelf thuis te oefenen en om online tools om te overleggen met collega’s. “Bijna alle schoolleiders gaven aan dat ze de nieuwe middelen die zijn ingezet tijdens het afstandsonderwijs blijven gebruiken na de herstart”, schrijven de onderzoekers in het rapport.
Het afstandsonderwijs heeft niet kunnen voorkomen dat het onderwijs in Nederland zwaar onder de coronacrisis heeft geleden. Het is niet gelukt om te voldoen aan de kerntaken. Toch zijn onderwijsinstellingen overwegend positief over de voordelen van afstandsonderwijs. Het biedt in potentie veel mogelijkheden voor differentiatie en meer gepersonaliseerd onderwijs. Sommige studenten varen wel bij de vrijheid om in eigen tempo te kunnen werken aan uitdagingen op hun niveau, in een prikkelarme omgeving thuis. De Inspectie: “Ook vanwege de logistieke voordelen van afstandsonderwijs kan een duurzame omslag naar een onderwijsconcept met een evenwichtige balans tussen onderwijs op de instelling en op afstand, kansrijk zijn.”
Digitaliseren vs digitaal transformeren
Afstandsonderwijs en het inzetten van digitale middelen bij het lesgeven is digitalisering. Maar digitalisering is nog geen digitale transformatie. Er is pas sprake van een digitale transformatie wanneer de mogelijkheden van die de digitale variant worden ingezet om te innoveren. Een rekenmachine op een smartphone is immers nog altijd een rekenmachine.
Bepalend voor het succes van digitale transformaties is het hebben van een duidelijke visie en een op die visie gebaseerde strategie en plan van aanpak. Halsoverkop afstandsonderwijs invoeren, omdat de scholen fysiek dicht moesten, is een uitdaging gebleken. Een digitale transformatie maak je al helemaal niet over één nacht ijs.
Visie
Begin dus met een visie op wat de digitale transformatie je onderwijsinstelling moet brengen, waar de te behalen winst zit en hoe dit het best kan worden gerealiseerd. Wat zijn de doelstellingen, ambities en uitgangspunten? Het formuleren van de visie dwingt de organisatie om bewust keuzes te maken. Zo voorkom je dat er tijd, geld en energie wordt geïnvesteerd in oplossingen die uiteindelijk nergens toe leiden. Het zorgt voor focus en bindt medewerkers, studenten en leerlingen door te inspireren en enthousiasmeren.
Het doel is onderwijs van hoge kwaliteit te bieden, dat zo veel mogelijk op maat wordt aangeboden en dat studenten voorbereidt op een technologie-intensieve arbeidsmarkt. Naast het verhogen van de kwaliteit van het onderwijs, biedt het gebruik van technologie mogelijkheden voor meer flexibiliteit, maatwerk en community-vorming in het onderwijs. Blended learning maakt met verschillende leervormen de leerervaring rijker, waarbij ICT wordt ingezet als hulpmiddel voor informatie- en kennisverwerving, de ontwikkeling van vaardigheden en het ondersteunen van het leren.
Meer data beschikbaar
Alle ontwikkelingen hebben invloed op de manier waarop het onderwijs georganiseerd wordt. Zie bijvoorbeeld de logistieke processen als aanmelding en inschrijving van studenten, inschrijven voor tentamens, inzicht in de studievoortgang, planningen en roosters. Om ervoor te zorgen dat een onderwijsinstelling onderwijsinnovatie kan ondersteunen, is het noodzakelijk de juiste ICT-ondersteuning te realiseren voor deze nieuwe of aangepaste logistieke processen.
Meer ICT in het primaire onderwijsproces en de administratieve en logistieke processen eromheen, genereert ook meer data over het leergedrag van studenten, studiesucces, het leerrendement. Met behulp van learning analytics kan betekenis worden gegeven aan de data en kunnen op basis hiervan studenten beter worden voorgelicht en begeleid. Dit vraagt om een doordachte aanpak met aandacht voor de impact op de organisatie, docenten en studenten en aandacht voor ethiek en niet-technische dilemma’s.
Digital immigrant docent
Ondertussen moeten scholen een antwoord vinden op de kloof tussen Digital Natives in de klas en Digital Immigrants voor de klas. Onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door docenten die zijn opgegroeid voor de revolutie in de informatie- en communicatietechnologie. Studenten daarentegen zijn Digital Natives: ze groeiden op omringd door digitale technologie. Ze zijn gewend te multitasken en te leren waar en wanneer ze willen. Dit generatieverschil kan in leersituaties zichtbaar zijn, bijvoorbeeld als een student tijdens een college met een smartphone in de hand zit. Voor een docent kan dit storend of respectloos aanvoelen, terwijl de student online het artikel bekijkt wat de docent net heeft aangehaald.
Om technologische innovaties succesvol in het onderwijs in te voeren, moeten studenten daarbij worden betrokken en moet voldoende aandacht worden besteed aan het (digitaal) kwalificeren van de docenten. De young profesisonals van Breinstein – stuk voor stuk Digital Natives – kunnen onderwijsorganisaties hier als geen ander bij helpen. Lees de blog van een van onze talenten maar eens over complicaties en oplossingen van digitaal onderwijs. Of dit interview met Marjon Medema van het ROC Nijmegen, dat een young professional van Breinstein heeft ingeschakeld voor ondersteuning bij de implementatie van het studentenvolgsysteem en een nieuw systeem voor BPV (Beroepspraktijkvorming) voor studenten.